Je kind start binnenkort met opvang en je probeert uit te zoeken hoeveel je zelf betaalt en welke toeslag je kunt krijgen. Kinderopvang regelen voelt soms als puzzelen, zeker met wisselende roosters of een nieuw contract bij de opvang. In dit artikel neem ik je stap voor stap mee. Je leest wanneer je recht hebt op kinderopvangtoeslag, hoe je de hoogte van de bijdrage berekent en welke gegevens je klaarlegt om snel aan te vragen. Ook deel ik praktische tips uit mijn ervaring met ouders die dit onlangs regelden, zodat je zeker weet dat je krijgt waar je recht op hebt.
Wat is kinderopvangtoeslag bij een kinderdagverblijf?
Kinderopvangtoeslag is een bijdrage van de overheid in de kosten van geregistreerde opvang: dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang. Sinds 2018 vallen peuterspeelzalen onder kinderopvang. Belangrijk is dat de opvanglocatie in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) staat en je kind een burgerservicenummer heeft.
Wanneer heb je recht?
Je kunt toeslag krijgen als jij en je eventuele toeslagpartner werken, studeren, een traject naar werk volgen of een inburgeringscursus doen. Dit geldt ook voor zzp’ers en flexwerkers. Het aantal maanden dat je werkt bepaalt hoeveel maanden je toeslag kunt krijgen; de overheid kijkt naar de minst werkende ouder.
Uit mijn praktijk met ouders zie ik drie valkuilen: te laat aanvragen, het inkomen niet bijwerken en een ontbrekend LRK-nummer. Als je die drie punten goed regelt, voorkom je gedoe achteraf.
Hoeveel krijg je ongeveer?
De hoogte hangt af van je (gezamenlijk) toetsingsinkomen, het soort opvang en het aantal uren. Je krijgt per kind maximaal 230 uur per maand vergoed. Voor 2025 vergoedt de overheid tot een maximum uurprijs: dagopvang € 10,71, buitenschoolse opvang € 9,52 en gastouderopvang € 8,10. Is de uurprijs van jouw opvang hoger, dan betaal je het verschil zelf; is deze lager, dan ontvang je toeslag over dat lagere tarief.
Wil je eerst je netto kosten inschatten? Lees meer over de kosten van het kinderdagverblijf en maak daarna een proefberekening bij de Belastingdienst.
Aanvragen: zo pak je het aan
Stap voor stap
Zodra je het opvangcontract hebt, kun je via Mijn toeslagen aanvragen. Zorg dat je deze gegevens klaar hebt: naam en adres van de opvang, LRK-registratienummer, opvanguren per maand, uurprijs en jouw en eventueel partnerinkomen. Vraag uiterlijk binnen drie maanden na de start van de opvang aan, anders mis je geld. Voor een volgend kind geef je een wijziging door.
Wijzigingen direct doorgeven
Verandert je inkomen, aantal uren, uurprijs of locatie? Geef dit meteen door in Mijn toeslagen. Zo voorkom je terugbetalen bij de definitieve berekening na afloop van het jaar. Je kunt de toeslag ook rechtstreeks naar de opvang laten uitbetalen als je dat overzichtelijker vindt.
Uitbetaling en controle
De toeslag wordt maandelijks rond de twintigste uitbetaald. Controleer periodiek je voorschot, je facturen en je jaaropgave. Klopt iets niet, corrigeer het direct. Zo blijf je dicht bij wat je echt hoort te krijgen.
Bijzondere situaties
Raak je je baan kwijt, dan heb je nog drie maanden recht op toeslag vanaf de maand na je laatste werkdag. Heeft je kind extra zorg nodig, informeer dan bij de opvang en gemeente; soms past een medisch kinderdagverblijf beter bij je situatie. Bij co-ouderschap of een verhuizing gelden aanvullende aandachtspunten: leg afspraken vast en werk je gegevens direct bij.
Met de juiste voorbereiding regel je Kinderdagverblijf toeslag snel en zonder verrassingen. Check je recht, maak een proefberekening, vraag op tijd aan en houd wijzigingen scherp bij. Zo betaal je nooit te veel en krijg je precies waar je recht op hebt.
Veelgestelde vragen
Wanneer heb ik recht op Kinderdagverblijf toeslag?
Je hebt recht als jij en je eventuele partner werken, studeren, een traject naar werk volgen of inburgeren. De opvang moet geregistreerd zijn in het LRK en je kind heeft een BSN. Ook zzp’ers en flexwerkers kunnen Kinderdagverblijf toeslag krijgen, zolang aan de voorwaarden wordt voldaan.
Hoeveel Kinderdagverblijf toeslag kan ik krijgen?
Dat hangt af van je inkomen, opvangsoort en uren. Je krijgt per kind maximaal 230 uur per maand vergoed. In 2025 gelden maximum uurprijzen: dagopvang € 10,71, buitenschoolse opvang € 9,52 en gastouderopvang € 8,10. Ligt het tarief hoger, dan betaal je de rest zelf.
Hoe vraag ik Kinderdagverblijf toeslag aan en welke gegevens heb ik nodig?
Vraag aan via Mijn toeslagen zodra je het contract hebt en doe dit binnen drie maanden na de start. Houd naam en adres van de opvang, LRK-nummer, opvanguren per maand, uurprijs en je (gezamenlijk) inkomen bij de hand. Voor een tweede kind geef je een wijziging door.
Wat als mijn inkomen of opvang wijzigt tijdens het jaar?
Geef elke wijziging meteen door, zoals een ander aantal uren, een nieuw tarief, een andere locatie of een hoger/lager inkomen. Zo blijft je voorschot voor Kinderdagverblijf toeslag kloppend en voorkom je dat je bij de definitieve berekening moet terugbetalen.
Wanneer wordt Kinderdagverblijf toeslag uitbetaald en kan dit rechtstreeks naar de opvang?
Uitbetaling is maandelijks, meestal rond de twintigste. Je kunt de toeslag op je eigen rekening ontvangen of rechtstreeks aan de opvang laten betalen. Controleer je betaaldata en facturen regelmatig, zodat je zeker weet dat alles klopt met je werkelijke opvanguren.
